Canon van Amsterdam: Water

Recent presenteerde de Canoncommissie van Amsterdam de nieuwe Canon van Amsterdam met het motto ‘Ontdek de stad van gisteren door de ogen van vandaag’. De vorige Canon uit 2008 is herzien in het kader van 750 jaar Amsterdam en om het nieuwste historisch onderzoek mee te nemen. De commissie presenteerde 49 vensters. Het 50ste venster verandert elke 6 maanden op basis van voorstellen die Amsterdammers zelf mogen aandragen. De commissie heeft ervoor gekozen om geen personen als eigen venster op te nemen, maar alleen in bredere context te bespreken. Anne Frank en Johan Cruijff zitten dus nog zeker wel in de canon, maar onder de vensters ‘Moord op de Joden’ en ‘Ajax’. Dat bredere perspectief zorgt ervoor dat er ook ruimte is voor het meer-dan-menselijke, precies bij het eerste en (voorlopig) laatste venster: Het allereerste venster is water en het 49ste venster is ecologie.

In het venster over water is ons onderzoek ook duidelijk meegenomen. Zo wordt er onder meer aandacht besteed aan het feit dat er verschillende soorten water voorhanden waren. ‘In de praktijk van alledag vullen deze watertypen elkaar aan.’ Ook wordt er gesproken over de ‘duizenden regenbakken’ waar Amsterdammers water uit konden halen. Trouwe lezers van dit blog zullen het verhaal herkennen uit een notariële akte van 1757 waarin twee vrouwen ruziën over water scheppen uit een regenbak.

Aan het einde van het venster worden lezers doorverwezen naar de Watercanon van Amsterdam uit 2010 en Een cent per Emmer van Groen uit 1979. Voor wie nog meer recentere literatuur wil over water in Amsterdam, hier voor de liefhebber nog een aanvullende literatuurlijst:

Abrahamse, Jaap Evert. ‘“Een schone maagd met stinkende adem”: de problematiek van een waterstad’. In De grote uitleg van Amsterdam: stadsontwikkeling in de zeventiende eeuw. Thoth, 2010.

Dam, Petra van, Van Amsterdams peil naar Europees referentievlak. De Geschiedenis van het NAP tot 2018. (Hilversum 2018). https://hdl.handle.net/1871.1/bd0d9e89-d919-41ea-9e8f-6b5a92aa568b

Martino, Davide. ‘Hydraulic Philosophy in Early Modern European Cities’. PhD Thesis, University of Cambridge, 2023. https://doi.org/10.17863/CAM.105363.

Roosbroeck, Filip Van. ‘The Water Supply of Early Modern Amsterdam: A Drop in the Bucket?’ TSEG – The Low Countries Journal of Social and Economic History 16, nr. 2 (2019): 71-91. https://doi.org/10.18352/tseg.1081.

Pierik, Bob, en Milja van Tielhof. ‘Women, Weather, and Water in the Dutch Republic: Unexplored Depths’. Early Modern Women: An Interdisciplinary Journal 18, nr. 1 (2023): 108-17. https://doi.org/10.1086/725691.

Pierik, Bob. ‘An assemblage of urban water access: The geography of water marginalization in Amsterdam, 1690-1840’. Journal of Historical Geography 86 (december 2024): 231-45. https://doi.org/10.1016/j.jhg.2024.07.012.

Pierik, Bob. “Winter Water and Mobility in Early Modern Amsterdam.” Environment & Society Portal, Arcadia (Autumn 2024), no. 15. Rachel Carson Center for Environment and Society. doi:10.5282/rcc/9875.

Tielhof, Milja. van. ‘Water voor duizend wezen: Het Aalmoezeniersweeshuis in Amsterdam, 1666-1790.’ Stadsgeschiedenis 17, nr. 2 (2022): 91-107. https://doi.org/10.2307/j.ctv33f0zc0.3

Tielhof, Milja van. ‘Schoon genoeg? Wassen in het Aalmoezeniersweeshuis 1666-1760’. Amstelodamum, nr. 3 (2022).

En voor meer waterwerk buiten Amsterdam, zie natuurlijk onze publicatiepagina!

Een persoonlijk waterpraatje: Als het drinkwater weer even niet te vertrouwen is

Utrecht, 13 november 2025

Sinds ik mij verdiepte in de vroegere waterputten en pompen in de stad Utrecht en elders, en uren in het archief de geschiedenis van de Utrechtse waterleiding bestudeerde, blijven mij steeds weer hiermee samenhangende dingen opvallen. Dit was een logisch gevolg van het meedenken in het onderzoeksproject ‘Coping with Drought’, in het kader waarvan ik het artikel publiceerde ‘Van pomp naar waterleiding’ in het tijdschrift voor geschiedenis van stad en regio Utrecht, Oud-Utrecht, december 2024, p. 28-31. (Aan dit artikel is in een eerdere blog op deze website al aandacht besteed.)

Onlangs kwam ik ineens in een periode waarin ik dacht meer te begrijpen van wat mensen eerder in de geschiedenis meemaakten in verband met water en de aanleg van waterleiding. De aanleiding was niet het water, maar het gas in de stad. Om de zoveel tijd moet de aansluiting aan het gasnet vernieuwd worden en voor de veiligheid binnenshuis gemeten worden. Overal in mijn wijk werd gegraven, overal zag ik zandhopen en hardwerkende mensen, die het gas weer goed wilden aansluiten. Zo moet het ook geweest zijn toen de waterleiding in allerlei straten werd aangelegd. Ik woon in een eenvoudig huisje uit begin 20e eeuw in de wijk Wittevrouwen. Ik had de pech èn het geluk, net als enkele andere bewoners in de wijk, dat een gaslek ontdekt werd. Het gevolg was, dat er nieuwe gasleidingen door mijn huis heen gevoerd moesten worden, met het nodige boorwerk, toevallig samenhangend met het feit dat Eneco de geiser niet meer van deze tijd vond en deze wilde vervangen door een cv-ketel, om warm water te hebben. Dit deed mij aan het volgende dingen denken.

Vóór de aanleg van de waterleiding waren er grondwaterputten bij mensen thuis of in de directe omgeving, die afgekeurd werden. Dan moesten er maatregelen genomen worden om weer gezond drinkwater te krijgen. Het heeft een directe invloed op je dagelijks leven als iets in je leefomgeving afgekeurd wordt en je andere mogelijkheden moet zoeken. Toch was dat ook toen belangrijk om te overleven.

Toen ik na enkele weken eindelijk weer kon verwarmen, koken en douchen, deed zich in een deel van de provincie Utrecht en de stad Utrecht een probleem met het drinkwater voor: er was een enterokokkenbacterie, aangetroffen in een waterreservoir. Per direct werd aangeraden het water minimaal drie minuten te koken voor gebruik of gekookt water te gebruiken voor tandenpoetsen, drinken en eten koken. Meteen werden de supermarkten bestormd. (Ik keek tevreden naar mijn ‘prepper‘hoekje met dozen water). Hierbij schoot mij het in mijn artikel aangehaalde eerste regeltje van het gedicht van Nicolaas Beets (1873) in gedachten, waarmee hij pleitte voor aanleggen van een waterleiding: ‘Voert water aan, voert water aan’.

Lege schappen waar normaal flessen met water staan bij een supermarkt in de Biltstraat in Utrecht (Foto: Marja Heier)

Aan de burgers waaronder bezoekers van ziekenhuizen en universiteiten, werd meegedeeld om eigen water en koffie of thee mee te nemen, omdat ook de koffieautomaten afgesloten waren. En vroeger? Toen ging er een omroeper door de stad die de mensen waarschuwde. En, zoals we uit het archief weten, er was ook een mededeling die, na aandringen van de gezondheidscommissie in de tweede helft van negentiende eeuw, bij afgekeurde putten werd opgehangen.

Intussen werd ik mij weer bewust van water in reservoirs: hoe was dit vroeger? Werd het drinkwater zo vaak gecontroleerd als in de huidige tijd? En hoe was dit bij mensen die een eigen opslag hadden in tuin of in de kelder onder het huis? Uit de archieven weet ik wel beter, er werd veel minder vaak gecontroleerd dan nu (Vitens geeft aan dat het drinkwater 2000 keer per jaar wordt gecontroleerd en er is nu beter onderzoek mogelijk met de moderne apparatuur.)

De vraag naar hoe de drinkwaterverontreiniging kon ontstaan werd beantwoord met: mogelijk door werkzaamheden. Ik had mij al eens afgevraagd, wat al dit graven in onze straten voor effect op allerlei leidingen kon hebben. Ook toen ik in het centrum steeds de open straten rond de werfkelders en het vernieuwen van de riolering zag. Het nieuws op het moment dat het water weer direct uit de kraan gedronken mocht worden, gaf aan dat men het probleem nog helemaal ging onderzoeken. Het was opvallend hoe blij mensen ineens waren, dat ze weer uit de kraan mochten drinken. Soms werd er ook nog even getwijfeld en de net aangeleerde gewoonten moesten weer worden afgeleerd.   

Om Utrecht ook even positief neer te zetten, nog een leuk weetje. In 2023 werd het drinkwater in Utrecht verkozen tot het lekkerste kraanwater van Nederland.  Natuurlijk moest ik toen aan de beroemde Mariapomp denken. In de tweede helft van de achttiende eeuw ging in veel Nederlandse steden het grondwater achteruit. De Maria pomp leverde nog goed water tot 1931.

Samengevat, deze periode met mijn gasproblemen deed mij op verschillende manieren ervaren wat ik vele malen had gelezen en zelf beschreven had over het in Utrecht afgekeurde water tijdens de studie voor het bovengenoemde artikel. Nog meer dan het al deed, spreekt water mij aan.

Marja Heier

Verslag: Symposium ‘Water Pasts & Futures’

Op 30 september kwamen onderzoekers van ‘Omgaan met droogte’ samen met onderzoekers van het onderzoeksproject ‘Perfect STORM’ voor een interdisciplinair symposium op de Vrije Universiteit Amsterdam. In het symposium, getiteld Water Pasts & Futures: (In)securing water in times of drought, werd stilgestaan bij watergerelateerde problemen zoals droogte en overstromingen vanuit een milieu-historisch en hydrologisch-sociaal perspectief. De leiders van beide onderzoeksgroepen, respectievelijk Petra van Dam en Anne van Loon, trapten het symposium af met een zeer korte samenvatting van de projecten (zie de eerste PowerPoint onderaan het verslag) en twee vragen aan het publiek: 1) Wat zijn de overeenkomsten en verschillen tussen een milieuhistorische en socio-hydrologische benadering, en hoe kunnen deze elkaar aanvullen?; 2) Wat kunnen we leren van droogte in het verleden en/of droogte in verschillende contexten voor het de omgang met droogte in de toekomst?

Het eerste panel besprak de ongelijkheid in de toegang tot en omgang met water. Promovendus Heidi Mendoza presenteerde haar veldwerk in Peru, waar bepaalde gemeenschappen soms gedwongen moeten verhuizen uit ‘gevaarlijke’ gebieden langs een rivier. Dit terwijl zij juist heel afhankelijk zijn van de rivier voor hun dagelijkse onderhoud, met name de visserij. In de loop der tijd hebben deze gemeenschappen dan ook leren omgaan met het veranderende waterniveau van de rivier, bijvoorbeeld door huizen op vlotten of palen te bouwen. Milja van Tielhof benadrukte in haar presentatie (zie tweede PowerPoint onderaan het verslag) de ongelijkheid in de toegang tot water in 18e-eeuws Amsterdam, waarbij arme stadsbewoners op bepaalde momenten, met name koude winters, minder toegang hadden tot drinkwater dan anderen. De middenklasse en de rijken, die zich een waterkelder konden veroorloven, konden met de opvang van regenwater zich beter wapenen tegen waterschaarste.

Het tweede panel ging in op regeling in de omgang met droogte. Ruben Weesie presenteerde zijn promotieonderzoek naar gemeenschappen in Kenia en hoe zij op verschillende manieren in tijden van droogte aan water proberen te komen. Dit gebeurde onder andere door de opvang van regenwater – niet in een waterkelder maar in een grote metalen regenton,  door kuilen te graven in een opgedroogde rivier waarmee nog water in een diepere grondlaag kon worden bereikt en door het aanleggen van zanddammen in de rivier. Daarnaast liet hij zien dat verschillende groepen op een andere manier over droogte denken en hoe verhalen  over droogtebeleving worden doorgegeven aan nieuwe generaties.  Onze onderzoeker Dániel Moerman ging daarna dieper het verleden in met een uiteenzetting van zijn historische droogteonderzoek over Deventer en Zutphen. Hij stond stil bij de verschillende manieren waarop droogte zichtbaar wordt in historische bronnen en hoe dit kan worden omgezet in een index om de impact en omgang met droogte op de lange termijn te bestuderen. Hij sloot af met een  vurig pleidooi dat het bestuderen van historische bronnen goed kan helpen om beter inzicht te krijgen in de lokale gevolgen van droogte, hoe dit door de tijd heen constant blijft of juist verandert doordat er nieuwe strategieën ontstaan om de gevolgen van droogte tegen te gaan.  

Naast beide sessies werden er ook korte presentaties gehouden van 14 posters van onderzoeksgroepen uit Nederland en België die tijdens het symposium in de nabijgelegen hal werden tentoongesteld. Hier sprak onder andere één onze onderzoekers, Bob Pierik, over zijn poster waarin hij de ‘blue diversity’, ofwel de verschillende soorten toegang tot drinkwater in vroegmodern Amsterdam, liet zien.

Bob Pierik (L) spreekt over zijn poster met Dániel Moerman (R) (Foto: Marja Heier)

Aan het einde van het symposium kwamen Petra van Dam en Anne van Loon terug op de vragen die aan het begin werden gesteld. Door middel van digitale interactie met het publiek werd duidelijk dat er veel raakvlakken bestaan tussen de benadering van milieuhistorici en hydro-socio onderzoekers. Waar de hydrologische-sociale benadering kan leren van de langetermijn ontwikkelingen die historici kunnen bestuderen, is het voor historici ook nuttig om naar de uiteenlopende perspectieven op water en droogte in verschillende werelddelen te kijken. Iemand vatte dit goed samen door op te merken dat voor historici het verleden ook een ‘vreemd land’ is, een andere cultuur eigenlijk, zelfs als het om de geschiedenis van Nederland gaat. Al met al was het een geslaagd symposium en een mooie afsluiting van twee langlopende projecten over droogte aan de Vrije Universiteit.  

Promotieceremonie Dániel Moerman

Op 11 september aanstaande om stipt 11:45 zal de promotieceremonie van Dániel Moerman plaatsvinden. Dániel werkte de afgelopen jaren binnen het project aan zijn eigen onderzoek over de impact van droogte op de watervoorziening van Deventer en Zutphen tussen 1500 en 1900.

De ceremonie zal worden gehouden in de Aula van de Vrije Universiteit Amsterdam (De Boelelaan 1105). Na de promotieceremonie is er vanaf 14:00 de gelegenheid om Dániel te feliciteren bij de receptie in Bar Boele (De Boelelaan 1111, rechts naast het hoofdgebouw van de VU).

Voor meer informatie, zie: https://vu.nl/nl/agenda/2025/promotie-d-j-moerman

De promotieceremonie zal ook via een livestream worden uitgezonden voor wie niet ter plaatse kan zijn.

CALL FOR SPEAKERS – Symposium Water Pasts & Futures: (In)securing water in times of drought

Ons onderzoeksproject ‘Omgaan met Droogte’ en het project PerfectSTORM enorganiseren een symposium op 30 september 2025 in de VU in Amsterdam. In het symposium Water Pasts & Futures: (In)securing water in times of drought komen verschillende thema’s aan bod die relevant zijn in historische, hedendaagse en toekomstige vormen van watergebruik en -beleid, waaronder environmental justice, droogtemaatregelen en gebruik van verschillende soorten water voor verschillende doeleinden.

We nodigen verschillende academici en vakmensen uit om een korte presentatie van 3 minuten te geven met betrekking tot het thema ‘different waters for different purposes’. We vragen de sprekers om aan de hand van één beeld, zoals bijvoorbeeld een poster, afbeelding, of infographic, discussies te lanceren over de historische en hedendaagse uitdaging in de watervoorziening.

Aanmelden als spreker kan tot 1 juli via het online aanmeldingsformulier.

Van pomp naar waterleiding, publicatie in het tijdschrift Oud-Utrecht

Moesman, Johannes Anthonius. (1898-1902). Waterstraat met de waterpomp bij de Willemstraat. Het Utrechts Archief, Utrecht.

Marja Heier, die onderzoek heeft gedaan naar de drinkwatertransitie in Utrecht, heeft een artikel gepubliceerd in het tijdschrift Oud Utrecht. Zij heeft een fascinerende bijdrage aan het project geleverd door de introductie en aanleg van de eerste waterleiding in het 19e-eeuwse Utrecht te duiden.

Marja toont de oudere drinkwatergeschiedenis van de stad Utrecht en benadrukt de rol van zogenaamde ‘hygiënisten’ en gezondheidscommissies, die steeds meer aandacht hadden voor de openbare gezondheid en de aanwezigheid van adequate sanitaire voorzieningen essentieel achtten. Naar aanleiding van een dreigende cholera-epidemie werden dan ook de eerste waterleidingen van Utrecht in 1883 aangelegd.

In haar artikel bespreekt Marja waar de waterleidingen werden aangelegd en door wie, hoe de watervoorziening een nieuwe uitdaging vormde voor de gemeenteraad, en het belang van bewustmaking onder burgers, die gedurende de eerste jaren veel weerstand boden tegen de waterleiding. Zij stelt dat de geschiedenis van de transitie naar drinkwaterleiding een spiegel biedt voor de watertransitie van onze tijd.

Het artikel is te vinden in het bijgevoegde pdf en in de publicatie van het tijdschrift Oud-Utrecht, december 2024, p.28-31.

Regenwater gebruiken in de moderne tijd? Interview met Petra van Dam

Recentelijk is Petra van Dam geïnterviewd door René Didde voor Ter Info , het digitale tijdschrift van STOWA, het kenniscentrum van regionale waterbeheerders in Nederland. In deze publicatie, met als thema “Geworteld in water: Cultuurhistorie en waterbeheer”, bespreekt Petra hoe de geschiedenis van watergebruik in vroegmodern Amsterdam als voorbeeld kan dienen voor duurzaam watergebruik in het heden en de toekomst.

Met het oog op de steeds extremere, hetere en drogere zomers die ons als gevolg van de huidige klimaatcrisis te wachten staan, lijkt het gebruik van regenwater steeds aantrekkelijker te worden. Petra verwijst hierbij naar de historische waterkelders in Amsterdam die regenwater opvingen en een reactie waren op periodes van aanhoudende droogte als gevolg van extreem koude winters.

Door de aanhoudende droogte in Nederland hebben instellingen zoals STOWA en de drinkwaterbedrijven steeds meer interesse in onderzoek dat alternatieven kan bieden voor duurzaam watergebruik. Zij kijken hiervoor ook naar historische voorbeelden. In het interview benadrukt Petra dat de mogelijkheden van bijvoorbeeld een dubbel waterleidingnet of moderne cisternen relevanter zijn dan ooit.

Lees het hele interview op de website van Ter Info.

Blue Diversity: Petra van Dam geeft een lezing in Leiden

Petra van Dam geeft op 6 maart om 15:15 uur een lezing waarin zij reflecteert op de omgang met drinkwater en systemen van blue diversity in vroegmodern Nederland. In deze lezing komen verschillende thema’s aan bod, waaronder de normen en waarden en dagelijkse omgang met drinkwater, wie toegang had tot welke soorten water en hoe deze toegang georganiseerd was.

De lezing zal plaatsvinden in het Herta Mohrgebouw van de Universiteit Leiden, in kamer 0.20, van 15:15 to 17:00 uur.

‘Documentary evidence of urban droughts and their impact in the eastern Netherlands’: artikel van Dániel Moerman gepubliceerd

Projectlid Dániel Moerman schreef een bijdrage voor het wetenschappelijke tijdschrift Climate of the Past. In zijn artikel bespreekt hij de impact van droogte in vroegmodern Nederland in de steden Deventer en Zutphen. Het artikel is in open access gepubliceerd en kan geraadpleegd worden via deze link.

Moerman, D. J. “Documentary evidence of urban droughts and their impact in the eastern Netherlands: the cases of Deventer and Zutphen, 1500–1795.” Climate of the Past 20, no. 8 (2024): 1721–1734. https://doi.org/10.5194/cp-20-1721-2024.

In het nieuws: twee spraakmakende artikelen in NRC en Trouw!

Recentelijk publiceerden NRC en Trouw interviews met projectleden Bob Pierik en Dániel Moerman over het onderzoek naar watergebruik in vroegmodern Nederland.

“Drinken uit de regenbak, dweilen met grondwater, zo ging dat ooit in de Jordaan”

Gemma Venhuizen interviewde Bob voor NRC over het historische watergebruik in Amsterdam. Hij vertelt over het gebruik van regenwater in het drinkwatersysteem, de vondst van duizenden regenbakken, eeuwenoude burenruzies en de uiteindelijke opkomst van het moderne waterleidingsysteem.

“Hoe zorg je voor genoeg drinkwater? Dat kunnen we afkijken bij middeleeuws Deventer: ‘Ze waren hun tijd ver vooruit’”

In december interviewde Wim Eikelboom Dániel Moerman en Bart Vermeulen, de stadsarcheoloog van Deventer, voor Trouw over het watergebruik in deze Hanzestad. Dániel en Vermeulen vertellen over de Deventer putgemeenschappen, pluriforme watersystemen die zowel regen- als rivierwater gebruikten en toepassingen van soortgelijke technieken in moderne nieuwbouwproject.

Disclaimer: Deze artikelen zijn uitsluitend toegankelijk voor abonnees van Trouw of NRC.